11 juni 2015

Vragen SGP over verwijderen posters

Vragen SGP over verwijderen posters

Door SGP-fractievoorzitter Breunis van de Weerd zijn aan het college vragen gesteld over de verplichte verwijdering van posters. Deze posters waren door verontruste winkeliers opgehangen in het kader van de campagne voor het referendum over de koopzondag.

Dinsdagmorgen, één dag voor het referendum, bleek dat de eerder in de winkelcentrum opgehangen posters verwijderd waren. Van de Weerd heeft daarna contact gehad met de woordvoerder van de groep ondernemers, dhr. G. Koolmees. Deze meldde dat ze maandagavond op last van de binnenstadmanager alle posters verwijderd hebben. Bij doorvragen bleek dat hij door de binnenstadmanager zwaar onder druk gezet is. Wanneer de groep winkeliers zelf niet voor verwijdering zou zorg dragen dreigde hij met het inschakelen van een professioneel reinigingsbedrijf en de kosten daarvan door te leggen bij dhr. Koolmees. Gezien deze druk hebben de ondernemers besloten de posters zelf te verwijderen.

Daarnaast is geconstateerd dat eerder al posters van deze groep winkeliers is aangepast door over het woord “tegen” het woord “voor” te plakken. Dit was onder andere het geval bij de posters in het winkelpand van de vroegere Bart Smit, dat door de gemeente beschikbaar was gesteld voor het voeren van campagneactiviteiten.

De betreffende winkeliers hebben vooraf besloten terughoudend te zijn in het openbaar maken van hun namen. Vanwege de forse tegenstellingen op dit onderwerp kan een duidelijke stellingname tegen de koopzondag negatieve gevolgen hebben voor de betrokken  ondernemers. De SGP constateert dat daarmee onder de winkeliers een angstcultuur lijkt te ontstaan.

Naar aanleiding van deze feiten heeft Van de Weerd namens de SGP de volgende vragen aan het college gesteld:

  1. Heeft de binnenstadmanager op eigen initiatief gehandeld? Zo ja, waarom; zo nee, wie heeft hem opdracht gegeven?
  2. Is de binnenstadmanager in de positie dat hij in de discussie rondom de koopzondag een stelling kan innemen?
  3. Is de binnenstadmanager voor het college nog een acceptabel aanspreekpunt nu hij zo partijdig lijkt te zijn?
  4. Is het afplakken van het woord “tegen” met een sticker waarop  het woord “voor” staat ook door de binnenstadmanager gedaan?
  5. Normaal gesproken hang je als opponent een bericht naast zo”n poster, zodat jouw mening ook gezien wordt. Is het feit dat voorstanders van de koopzondag de tegenstanders buiten beeld willen hebben een teken van gebrek aan verdraagzaamheid?
  6. Bij de start van de campagne was de inschatting van de ondernemers dat zij last zouden krijgen van hun stellingname, kennelijk hebben zij toen een juiste inschatting gemaakt. Hoe duidt u de angstcultuur die kennelijk aanwezig is bij de ondernemers die tegen de koopzondag zijn?
  7. Ede heeft in haar visie 2025 staan dat ze een stad wil zijn van verbinden en ontmoeten. Uit bovenstaande feiten blijkt dat Ede daar heel ver vandaan is. Wat gaat u doen om dat te veranderen?